Welke toekomst hebben Magnum en andere dochterbedrijven na het afscheid van Unilever?

11 uren geleden 2

The Magnum ice cream companyNiet meer begraven in het grote geheel van Unilever

eerst even een ijsje uitzoeken. Je kunt niet bij ons langskomen zonder een ijsje aangeboden te krijgen”, zegt Abhijit Bhattacharya beslist. Amper een jaar werkt hij nu als financieel bestuurder bij The Magnum Ice Cream Company, en als een dirigeert hij de twee NRC-verslaggevers aan zijn bureau nu al naar een van de vriezers die op elke etage van het hoofdkantoor in Amsterdam staan.

Sinds 1 juli opereert Magnum als een zelfstandig bedrijf, dit weekend worden de juridische banden met eigenaar Unilever doorgesneden. En vanaf maandag heeft de ijsjesproducent – ook bekend van merken als Ola en Ben & Jerry’s – een beursnotering in Amsterdam, Londen en New York, Het moederbedrijf doet ruim 80 procent van de aandelen van de hand; beleggers in Unilever krijgen voor elke vijf aandelen in dat concern één aandeel Magnum. Unilever blijft voor een kleine 20 procent aandeelhouder.

Illustratie Caitlin Becker Hof

Ervaring met van dochterbedrijven heeft Bhattacharya volop. Bij Philips was hij in verschillende rollen betrokken bij onder andere het losmaken van de halfgeleiderdivisie (nu NXP), van de consumentenelektronica (nu in handen van het Chinese Fusan) en bij de verzelfstandiging van de lichtdivisie (nu Signify). Het is dus niet gek dat The Magnum Ice Cream Company bij Bhattacharya uitkwam toen het voor de beursgang een nieuwe financieel directeur zocht.

Bhattacharya is de afgelopen acht weken bijna non-stop op reis geweest met topman Peter ter Kulve om met te spreken. Want hoewel de beursgang van Magnum geen traditioneel pad volgt, omdat de aandeelhouders al bekend zijn, rekent er wel op dat sommige grote beleggers uitstappen en nieuwe aandeelhouders instappen. hij, samen met de van Unilever afkomstige Ter Kulve, vertellen hoe zij de onderneming hebben klaargestoomd voor zelfstandigheid en welke koers het bedrijf straks wil varen.

IJsjes in etalage

In maart 2024 zette toenmalig Unilever-topman Hein Schumacher de ijsdivisie in de etalage. De grote vraag was vooral of de divisie verkocht zou worden aan een private investeerder of dat er een beursgang zou komen. Na dit aangekondigde afscheid van Unilever heeft The Magnum Ice Cream Company een kleine twee jaar de tijd gekregen

Lees ook

Unilever komt belofte dit keer wel na: ijsjesbedrijf blijft in Nederland

 De ijsjes van onder meer Ben & Jerry’s gaan zelfstandig verder.  Foto Maarten Hartman

Bhattacharya nam managers van Unilever mee die volgens hem ruime ervaring hebben in de ijsmarkt. Voor diverse staffuncties trok The Magnum Ice Cream Company mensen van buiten Unilever aan met ervaring in overnames en afsplitsingen. Zoals hijzelf, en bijvoorbeeld ook de directeur personeelszaken, de Nederlander Ronald Schellekens. Deze – ook al gepensioneerde – bestuurder heeft meer dan tien jaar ervaring in de top van Vodafone en PepsiCo.

Het bedrijf draait tijdens alle veranderingen gewoon door. „We zijn een beetje als de eend of de zwaan die je rustig over het water ziet zwemmen, maar onder water wordt flink gepeddeld”, zegt hij. En zo hoort het volgens hem, klanten mogen de grote verandering eigenlijk niet merken.

En die is er natuurlijk wel. „De afgelopen tien jaar verloren we langzaam marktaandeel en was onze winstgevendheid mager. We hebben nu al 18 tot 21 maanden investeringen kunnen doen volgens onze nieuwe strategie. Op de Capital Markets Day [een informatiedag voor beleggers] konden we al de eerste resultaten daarvan laten zien.”

Lees ook

Waarom neemt Unilever afscheid van ijs?

De productielocatie voor Europa van Ben & Jerry’s, in de fabriek van Unilever in Hellendoorn.

Magnum profiteert er nu van dat zijn investeringsplannen niet meer hoeven te concurreren met investeringsvoorstellen van andere, vaak winstgevender divisies. Een besluit kan daardoor veel sneller vallen. „Gisteren had ik hier onze op bezoek, en die vroegen investeringen in vrieskasten. Dan konden ze hun distributiemogelijkheden vergroten en de concurrentie dwarsbomen. Dan hoef ik alleen maar te zeggen dat ze het geen tweede keer hoeven vragen.”

Onze ijsjes reisden te veel, en dat is duur

The Magnum Ice Cream Company kondigde onlangs aan de komende jaren 65 miljoen euro te steken in vernieuwing van een fabriek in het Britse Gloucester. Dergelijke uitgaven zijn al meer gedaan en staan ook gepland voor andere fabrieken, zegt Bhattacharya . „We hebben het investeringsbudget verdubbeld van 2,5 naar 5 procent van onze omzet. Zo kunnen we de productiekosten omlaagbrengen en daarmee ook de prijs voor ijsjes.”

Ben & Jerry’s

Doel van Bhattacharya is een half miljard euro op kosten te besparen. Daarvan moet 350 tot 380 miljoen euro uit de productieketen komen. Magnum wil bovendien lokaler produceren, en niet langer ijsjes over de hele wereld transporteren – zoals onder Unilever. „Onze ijsjes reisden te veel, en dat is duur. Want je moet ze de hele reis onder het vriespunt houden. Het is geen zeep, die je zo goedkoop mogelijk produceert en overal heen kunt verschepen tegen lage kosten. Als wij het aantal kilometers dat ijsjes reizen verminderen, kunnen we de kosten tot wel 20 procent omlaagbrengen.”

Magnum heeft wereldwijd 35 fabrieken. „We willen landen of regio’s zo veel mogelijk zelfvoorzienend maken.” Dat betekent dat de fabrieken verschillende soorten ijsjes produceren. Van Magnums tot Viennetta-dessertijs tot Ben & Jerry’s. „Het is niet zo dat Ben & Jerry’s alleen nog in de fabriek in Vermont wordt geproduceerd, zoals toen Unilever ze overnam in 2000. Ben & Jerry’s is volledig geïntegreerd in de productie van ons bedrijf en ook in het verkoopapparaat.”

Lees ook

Ben en Jerry willen hun ijs terug na oplopende ruzie met Unilever

 ijsmakers Ben Cohen (links) en Jerry Greenfield in 2010. Ben & Jerry’s-ijsjes. Rij voor de winkel van Ben & Jerry's in de Amsterdamse Leidsestraat. Foto’s Ade Johnson/ANP, Hannah McKay

Afgelopen tijd lieten oprichters Ben Cohen en Jerry Greenfield weten het merk terug te willen kopen, uit onvrede over de koers van Unilever.

Maar ondanks de wens van de oprichters is Ben & Jerry’s niet te koop, zegt Bhattacharya.

Zichtbaarheid

Bhattacharya put optimisme uit een obligatielening die Magnum onlangs op de markt bracht om 3 miljard euro op te halen. Er werd voor liefst 21 miljard ingetekend, en dus moest hij veel geïnteresseerden teleurstellen.

Lees ook

Hoe Unilever langzaam afscheid neemt van zijn voedingstak

Hoe Unilever langzaam afscheid neemt van zijn voedingstak

Waar Unilever in grote beursindexen zit als de AEX en de FTSE 100 (de honderd grootste Britse beursfondsen), maakt Magnum daarvan in eerste instantie geen deel uit. Indexbeleggers brengen het aandeel Magnum daarom na maandag mogelijk massaal op de markt. „Zij zullen ons moeten verkopen, ja. Ik hoop dat wij ons verhaal zó goed gebracht hebben dat anderen instappen. We gaan niet langer schuil in het grote geheel van Unilever, ik hoop dat we onze zichtbaarheid hebben kunnen vergroten.”

Flora Food GroupMeer ruimte om te investeren in innovatie

Op de campus bij de universiteit van Wageningen staat pal naast een modern laboratorium van Unilever een nog nieuwer laboratorium van Flora Food Group. De overeenkomst? De man die de onderzoekscentra voor beide bedrijven opzette: .

Kort nadat private-equityfirma KKR in 2018 de margarinedivisie van Unilever, met merken als Becel en Blue Band, voor 6,8 miljard euro had gekocht, nam Unilever-veteraan en technologiedirecteur Verbakel de nieuwe baas van de margarinedivisie, David Haines, mee naar Wageningen. Haines had carrière gemaakt bij onder meer Mars, Coca-Cola en Vodafone. Hij was topman geweest van sanitairproducent Grohe voordat hij aantrad bij het margarinebedrijf, dat net op eigen benen was komen te staan en toen nog Upfield heette.

Lees ook

Unilever verkoopt margarinetak aan Amerikaanse investeerder

Unilever verkoopt margarinetak aan Amerikaanse investeerder

De plek in de wereld dus waar volgens hem door samenwerking van universiteiten, start-ups en grote bedrijven doorbraken in voedingstechnologie worden gerealiseerd.

Aan het eind van het bezoek zei Haines: „We gaan het doen, zet maar op.” was enigszins verbluft; hij was gewend dat zo’n investeringsbeslissing eerst nog enige managementlagen binnen het grote Unilever moest passeren. Dat was immers onontkoombaar in een concern waarin allerlei divisies concurreren om budget voor investeringen.

En nu staat er dus in Wageningen een laboratorium (investering: tegen de 100 miljoen euro) Flora werkt nauw samen met universitaire onderzoekers en start-ups die op hetzelfde campusterrein zijn gevestigd. Zij mogen bij Flora gebruiken voor hun eigen onderzoek.

Flora neemt inmiddels ook nieuwe medewerkers aan die afkomstig zijn van de Verbakel: „We willen groeien, dat kan alleen als we innoveren en daar hebben we nieuwe technologie voor nodig.”

Chef-kok

In de afgelopen zeven jaar heeft Flora Food Group zijn productenaanbod verbreed met romen, kazen en andere culinaire producten. Een logische uitbreiding voor het bedrijf – als margarineproducent Van den Bergh & Jurgens ooit de basis van Unilever – omdat ze allemaal met dezelfde technologieën kunnen worden geproduceerd.

Inkopers van grote internationale supermarktketens als Walmart, Tesco of Ahold reizen naar Wageningen om te zien met welke producten zij straks op de voedingswensen van hun klanten kunnen inspelen. Zij schuiven aan bij een chef-kok die Flora in dienst heeft genomen om te demonstreren en uit te proberen wat er met die producten kan. Het past in de marketingstrategie die Flora hanteert sinds het los van Unilever kwam: de tijd van tv-reclamespotjes is voorbij, chefs van over de hele wereld laten consumenten in korte filmpjes op sociale media nu zien wat er mogelijk is.

Meer werknemers

De omzet is sindsdien licht toegenomen, van 2,8 miljard euro in 2019 naar ruim 3 miljard euro vorig jaar. Het aantal werknemers steeg in verhouding sterker, van 3.123 naar 4.718. Ruim de helft van hen kwam erbij door overname van een Griekse producent van plantaardige kazen. Flora heeft nu vijftien productielocaties en is actief in 115 landen.

De operationele winst steeg opmerkelijk: van 206 miljoen euro in 2019 naar 605 miljoen in 2024, onder meer door in de productieketen.

Wel leed het bedrijf al die jaren onder KKR netto verlies. Dat heeft er alles mee te maken dat een private-equityfirma overnames financiert door leningen aan te gaan die als schuld op de balans van het overgenomen bedrijf komen. Rente en aflossingen zorgen zo voor nettoverliezen.

Dat is best lang voor een private-equityfirma. Dit soort bedrijven rekent voor investeringen vaak een looptijd van vijf tot zeven jaar, en wil er dan met winst uitstappen. In de buitenwereld wordt Flora soms genoemd als een kandidaat voor de beurs, maar het bedrijf wil daar zelf nog niets over zeggen.  

Lipton Teas and InfusionsTerug naar een start-upmentaliteit

Het was een van de eerste dingen die ze bij Lipton Teas and Infusions deden toen ze in 2022 voor 4,5 miljard euro van Unilever in de handen van private-equity-investeerder CVC kwamen: de banden aanhalen met inkopers bij grote supermarktketens. Als onderdeel van Unilever was dat simpelweg een gegeven: als het grote levensmiddelenconcern op bezoek kwam, gingen alle deuren open. Maar die onderhandelingsmacht verdampte ineens toen Lipton zelfstandig werd. 

„Het was een bulkproduct geworden. Thee was bijna altijd in de aanbieding. Ongeveer 70 procent van wat er in de gehele markt aan thee verkocht werd, ging met korting weg”, vertelt Lipton-woordvoerder Gareth Mead.

Binnen een groter concern dat in andere productcategorieën compensatie vindt, kunnen grote kortingen op één categorie werken. Maar bij een bedrijf dat alleen in thee doet, gaat dat niet. Dus moest Lipton op kosten besparen en prijzen verhogen. Dat was geen populaire boodschap. Mead: „Inkopers en consumenten waren aan die kortingen gewend geraakt. Dat was dus best even slikken voor hen.” 

Als je wordt verzelfstandigd, ben je eigenlijk een start-up

Toch had nieuwe eigenaar CVC er vertrouwen in. De investeerder zag een industrie die op haar gat lag, wat ook kansen bood. In lijn met de filosofie van veel private-equitypartijen werd er gesnoeid en geïnvesteerd, met het doel binnen zes tot zeven jaar tot een beter renderend en verkoopbaar bedrijf te komen. Zo werden diverse plantages verkocht en het personeelsbestand teruggedrongen van 4.500 naar 3.500 medewerkers. Het aantal ’theeproducten’ werd teruggebracht van 13.500 naar 3.500. Alleen al in Europa waren er veertien soorten Earl Grey-thee. De overgang naar één type maakte de productieketen minder complex.

Lees ook

Unilever vindt koper voor ‘ouderwetse’ zwarte thee

Het theemerk Lipton heeft met name varianten van zwarte thee.

Naar verbetering van theesmaken en promotie ging juist meer geld. Dat moest de verkoopvolumes op peil houden ondanks de hogere theeprijs. Voor Pukka werd voor het eerst in vier jaar weer een Europese reclamecampagne opgetuigd.

Ondernemingsgeest

Loskomen van Unilever, op papier én in de praktijk, duurde behoorlijk lang. Mead: „Wat mensen niet moeten vergeten: als je wordt verzelfstandigd, ben je eigenlijk een start-up. Je draait al op volle kracht, terwijl het bedrijf eigenlijk nog in de kinderschoenen staat.”

Voor personeelsleden betekende de afsplitsing ook dat er andere eisen werden gesteld. Een deel van hen wilde vasthouden aan processen die ze bij Unilever gewend waren geweest. Waar eerder iemand bepaalde taken voor hen uitvoerde, moesten medewerkers die ineens zelf doen. Daar stond tegenover dat anderen dan weer ‘de ondernemingsgeest’ kregen omdat ze ineens veel meer mochten.  

Zo werd het mondiale innovatiecentrum van Unilever in Wageningen verruild voor een eigen researchcentrum op het Amsterdamse Science Park. Waar in de centrale onderzoeksfaciliteit van Unilever aandacht en ruimte gedeeld moesten worden met alle andere productgroepen, gaat in Amsterdam nu alle tijd naar thee. Niet onbelangrijk; Lipton zag juist bij een product waar smaak zo belangrijk is, mogelijkheden voor verbeteringen.

Verlies

Toch brachten al die veranderingen de omzet van Lipton in 2023 (1,7 miljard euro) nog niet boven de 2 miljard die werd gehaald in het laatste jaar bij Unilever. Dat kwam onder meer doordat besloten was geen zaken meer te doen met Rusland na de invasie van Oekraïne, en Rusland was goed voor bijna een kwart miljard omzet. Ook sloeg de inflatie hard toe in landen met grote theedrinkers, zoals Turkije en Iran.

Het operationele verlies in 2023 bedroeg bijna 250 miljoen euro, het nettoverlies zelfs 422 miljoen euro. Dat kwam door hoge kosten om los te komen van het voormalige moederbedrijf; Unilever heeft bijvoorbeeld eigen betaal- en voorraadsystemen. En het ondersteunde Lipton nog twee jaar met ict-diensten, waaraan ook kosten hingen. Mead: „Het heeft ons uiteindelijk twee jaar gekost na de afsplitsing in 2022 voordat we zeiden: ja, nu zijn we echt helemaal zelfstandig.” 

De journalistieke principes van NRC
Lees het hele artikel